Alles wat je moet weten over de lippen van pluggen

Je kunt ze niet meer wegdenken uit de hengelsportwereld, pluggen. Een van de meest gebruikte soort kunstaas van deze tijd. Een plug herken je altijd makkelijk aan de lip die voorop het kunstaas zit. Deze lip, schoep of zwemlip zoals ze genoemd worden bepalen voor een belangrijk deel hoe de visplug zich onderwater beweegt. Zonder een lip zal een plug (wat dan eigenlijk een jerkbait is) geen actie hebben en zul je deze zelf aan het kunstaas mee moeten geven. De lippen heb je in talloze variaties van grote lip tot kleine lippen, maar wat maakt nou eigenlijk het verschil? Veel beginnend vissers denken dat kunstaas pluggen met een grotere lip betekent dat de plug dieper duikt, maar dat hoeft helemaal niet zo te zijn. Veel fabrikanten zetten op de verpakking wat de actie en de duikdiepte van een kunstaas is maar soms staat het ook niet vermeld. Of wat dacht je er van als je een aantal pluggen los in je tacklebox hebt liggen, weet jij dan nog wat er precies op de verpakking stond? Het kiezen van het juiste kunstaas is uiteraard van groot belang. Ga je op een ondiep polderslootje vissen en neem je een plug die diep loopt dan zul je om de haverklap vast komen te zitten op de bodem. De plug die je gebruikt moet daarom goed afgestemd zijn op het water. Daarom is enige basiskennis over de lippen van de pluggen van groot belang zodat je precies weet wat de plug onderwater doet.

De hoek van de lip

De hoek waarin de zwemlip staat bepaald voornamelijk hoe diep de plug zal duiken bij het binnenhalen. Hoe haakser de lip staat, hoe onderdieper de plug zal lopen en hoe meer deze dus geschikt zal zijn voor ondiep water of voor het vissen in de bovenste waterkolom. Wanneer een lip bijna in het verlengde van het lichaam van de plug zelf staat dan duikt de plug juist de diepte in. Een drijvende plug kun je steeds een beetje binnen halen en dan even stil houden zodat deze steeds naar beneden duikt en dan weer omhoog komt.

De lengte van de lip

Naast de hoek heeft ook de lengte van de lip een grote invloed. Hoe langer de lip is hoe meer het effect versterkt wordt. Een lange lip die bovendien bijna in het verlengde staat van het lichaam van de plug zal dus een zeer diep lopende plug zijn, terwijl als de lip korter is hij wat minder diep zal lopen. Wanneer je twee pluggen hebt met exact dezelfde hoek van de lip is dus vooral de lengte bepalend.

De vorm van de lip

De vorm van de lip heeft niet zo zeer wat te maken met de diepte die de plug in gaat, maar met met de beweging van het kunstaas. Een smalle lip zorgt er vooral voor dat de plug snel rechtdoor kan gaan terwijl wat ideaal is voor het vissen op snelle jagers zoals bijvoorbeeld zeebaars. Een plug met een zwemlip die meer vorm heeft zoals een rondere lip heeft weer een heel andere actie. Hierbij zorgt het water dat langs de lip gaat er voor dat de plug met zijn flanken gaat “zwaaien” en hierdoor meer aandacht trekt. De actie is vaak fel uitstlaand en kantelend waardoor de vaak fel gekleurde tekeningen op de zijkant van de plug goed zichtbaar worden. Dit soort pluggen zijn juist weer ideaal voor het vissen op zoetwater. Het water zorgt tegelijkertijd er voor dat de plug ook meer weerstand krijgt. Daarom kun je dit soort pluggen minder snel binnenhalen dan pluggen met een rechtere lip. De vorm van de lip heeft dus net als de lengte en de hoek waarin deze staat een belangrijk aandeel in de keuze voor het water en de vis waarop je wilt gaan vissen. Bij het vissen met een plug wordt meestal de spinhengel gebruikt en door de lip krijg je vanzelf een goede actie in het kunstaas, terwijl je bij een jerkbait de actie zelf aan het kunstaas mee moet geven door het ontbreken van de lip.

Nog een kleine kanttekening

De hoek, lengte en vorm van de lip bepalen dus hoe diep de plug zal lopen. Toch kan de ene plug op 1 meter diepte lopen terwijl een andere plug met exact dezelfde lip veel dieper loopt. Hoe kan dat dan? Dit heeft te maken met het volume en het drijfvermogen van de plug. Allereerst speelt de eigenschap van de plug hierin een belangrijke rollen. Pluggen zijn er in drie vormen:

• drijvend
• zwevend
• zinkend

Een drijvende plug heeft een positief drijfvermogen en daardoor een hoge opwaartse kracht. De plug zal onderwater constant naar boven geduwd worden. Een zwevende plug heeft een neutraal drijfvermogen en zal niet stijgen of zinkend maar gewoon op dezelfde hoogte blijven. Een zinkende plug tenslotte zal vooral willen zinken. Wanneer je twee pluggen hebt met exact dezelfde lip maar de een is een drijvende plug en de ander een zinkende, dan zal de zinkende plug dieper duiken dan de drijvende plug. Hierin speelt ook de maat ofwel het volume van de plug mee. Hoe groter de plug, hoe meer effect de drijvende, zwevende of zinkende eigenschap zal hebben. Hoe meer water er verplaatst moet worden (=volume) hoe sterker het effect is.

Zoals je hebt kunnen lezen zijn er drie punten waar je voornamelijk op moet letten bij het aanschaffen van een plug, maar ook bij het kiezen van de juiste plug aan de waterkant. Het is daarom belangrijk om niet alleen maar te kijken naar die mooie kleuren en tekening die de plug heeft maar ook om te kijken of de soort plug wel goed bij jouw visserij past. Na verloop van tijd zul je waarschijnlijk een aardige collectie pluggen opbouwen en die blijven lang niet allemaal netjes in de verpakking bewaard. Het is daarom goed om bovenstaand verhaal te onthouden zodat je de juiste plug voor de juiste situatie gebruikt.

Lees ook:

Beginnen met vissen
Vissen met de pellet waggler
Zo kies je de beste plug voor jouw visserij
Vissen op haai in Nederland
Zo geniet je langer van je schepnet
Zo kies je het juiste kunstaas
Zo knoop je zelf een spinner rig
Podcast #1: Beginnen met vissen met Rik Hagedoon

Volg ons ook op